ERWTENSOEP

Gister had in een ontmoeting met een hobbyclub (anders dan koken) en uiteindelijk maken alle hobby’s hongerig. Erwtensoep is dan een prima vulmiddel.
Ik had voor de gelegenheid ruim acht liter erwtensoep gemaakt. Het feit dat menigeen voor een tweede kopje kwam geeft toch het idee dat het een prima recept is.
Acht liter zal voor de meeste wat teveel zijn dus ik heb het recept voor deze blog gehalveerd.
Ruim vier liter is nog steeds een forse pan, maar erwtensoep kan je prima invriezen.

Nodig voor 4-5 liter soep
1 kilo spliterwten
2 grote preien
3 runderbouillon blokjes
3 groentebouillon blokje
½ knolselderij
1 grote winterpeen
3 aardappelen (middelgroot)
3 speklappen
2 rookworsten (a 275 gram)
3 laurierblaadjes
2 takjes selderij
2 uien
klontje boter
Peper en zout

Doe de bouillonblokjes, spliterwten, speklappen en laurierblaadjes in vier liter water en breng dit aan de kook.
Laat zachtjes koken en haal na 30 minuten de speklappen eruit. Snij deze in kleine blokje en bak ze even kort in een beetje boter. Hou de blokjes apart!
Snij de ui in  halve ringen en bak deze in het vet van de speklappen. Voeg toe aan de soep en laat nog 10 minuten koken
Schil de aardappelen, peen en knolselderij en snij in kleine blokjes. Maak de prei schoon en snij in dunne ringen en hak de selderij fijn.
Haal de laurierblaadjes uit de soep. Niet vergeten!
Voor ik de de groente toevoeg haal ik altijd even de staafmixer door de soep, zodat alle spliterwten mooi uit elkaar zijn gevallen. Strikt genomen is het niet nodig.
Dan voeg je de aardappelen, wortelen, knolselderij, prei en selderij toe aan de soep.
Laat het geheel nog 20 minuten zachtjes koken. Roer regelmatig de soep om.
Voeg de blokjes speklap toe en snij de rookworsten in halve plakje en voeg deze ook aan de soep. De worst goed warm laten worden maar de soep hoeft niet meer te koken.
Ook nu regelmatig roeren.
Even goed proeven (de worst geeft wat zout af) en indien nodig op smaak brengen met een beetje peper en zout. Zout is met bovenstaand recept niet echt nodig. Een beetje peper weet de liefhebber wel te waarderen.

Laat het smaken!


Hier nog wat laatste tips voor wie bang is voor zure erwtensoep:

Over erwtensoep gaan de de wildste verhalen als het om bederven gaat. Zelf nog nooit gehad.
Een paar simpele regels. Als je proeft steeds een schone lepel nemen. Dat klinkt wat overspannen, maar als je zo’n enorme pan eten staat te maken, dan hoort daar ook een bepaalde verantwoordelijkheid bij. Niet alleen naar je gasten maar je gaat natuurlijk ook niet zo’n enorme partij eten weggooien omdat je het verprutst hebt.
Schoon werken dus! Schone snijplanken, messen en ander keukengerei.
Als je de soep pas de volgende dag wilt eten dan moet je hem zo snel mogelijk laten afkoelen.
Ik heb eens op een feestje gehoord dat snel afkoelen er voor zou zorgen dat erwtensoep bederft. Grote onzin maar het verhaal schijnt redelijk hardnekkig te zijn.
Bacteriën vieren feest als de soep (en ander eten) lauwwarm aan het worden is en ze gaan door met feestvieren tot het een graad of acht is.
Juist zo’n enorme pan van ook nog eens dikke soep duurt een eeuwigheid voor dat deze  is afgekoeld.
Je kan het proces van afkoelen aanzienlijk versnellen. Zet de soeppan in een grote bak koud water en roer de soep. Als het water warm wordt verversen met koud water.
Herhalen tot de soep voldoende is afgekoeld en dan snel in de koelkast.
Ik kook graag met gietijzeren pannen, maar erwtensoep maak ik in een dunne soeppan zodat deze snel kan afkoelen.

Schoon werken en snel afkoelen. Zo simpel is het!

Reacties